> Paleolithicum 300.000 – 8.800 v. Chr.
1. De geschiedenis van de Needse Berg
De Needse Berg is de karakteristieke ‘pukkel’ van 34 meter boven zeenivo in het Needse landschap. Volgens een legende is de berg ontstaan door een reus vanuit Duitsland die met een zak zand de Zuiderzee wilde dempen. De zak scheurde echter te vroeg en liet zo de Needse Berg ontstaan. Feitelijk echter is de Needse Berg ontstaan door enorme opwaartse krachten ver onder het aardoppervlak.
Eerder al, zo’n 10 miljoen jaar geleden, lag het gebied aan de rand van het vooruitgeschoven Noordzeebekken. Het bewijs daarvoor zijn de gevonden fossielen, haaientanden en walviswervel. Maar hoe zit het met de kies van het grootste landdier ooit, de Woudolifant?
Dwarsdoorsnede laat het ontstaan van de Needse Berg zien.
Kiesfragmenten van woudolifant (vindplaats Needse Berg). De kiesfragmenten bevinden zich in het Natuurmuseum te Enschede.
Foto: Collectie Zwaleman.
De geschiedenis van de Needse Berg
Ten noordwesten van Neede ligt de Needse Berg. Eigenlijk is het lachwekkend om een pukkeltje van 34 meter een berg te noemen. Het is meer een molshoop met een molen en sinds kort een uitkijktoren. Ook heeft de berg een aantal littekens, veroorzaakt door menselijke activiteiten in het verleden. Toch is de Needse Berg van onschatbare waarde.
Subtropische zee
Naar internationale maatstaven mag de Needse Berg met zijn piek op 34 meter boven zeeniveau dan misschien wel geen berg heten, toch zou dit weleens een echte berg kunnen zijn. Volgens recent onderzoek namelijk is deze uitstulping in het Achterhoekse land weliswaar op een voor ons land ongebruikelijke wijze ontstaan, maar niet naar geologische principes. Want de Needse alp werd ongeveer 10.000 jaar geleden rommelend omhoog gedrukt door tektonische krachten van diep onder onze aardkorst. De al opgeheven aardlagen werden ook nog eens opzij en omhoog geduwd door een langs de westflank passerende gletsjertong. Dat gebeurde tijdens de voorlaatste ijstijd, het Saalien, zo’n 150.000 jaar geleden. Toen werd een gigantische ijskap vanuit Scandinavië richting ons land gedrukt. De ijsmassa bewoog niet snel, ongeveer 100 meter per jaar. Dit is een ander verhaal dan de legende van de reus die met een zak zand vanuit Duitsland op weg was naar de Zuiderzee om deze te dempen. Onderweg scheurde de zak en verloor de reus zand. Zo zou de
Needse Berg zijn ontstaan.
Konden we zo’n tien miljoen jaar terug in de tijd, naar het Mioceen, dan zagen we op de plek van de Needse Berg een ondiepe subtropische zee waar haaien en walvissen zwommen. De diepe, fossiele zeebodem van het Noordzeebekken werd door het rijzen van de aardlagen verder naar het oosten gedrongen en kwam aan het oppervlak. We zitten hier dus als het ware bovenop een oud strand, ontdekt door de werkzaamheden van de industriële kleidelvers die diepe gaten, een soort kijkgaten, in de bergflank dolven. In dat zand zijn de fossiele resten van tal van tropische strand- en zeedieren te vinden, waaronder haaientanden en walvisbotten.
De woudolifant
Op dat Mioceen-strand waren echter geen strandtenten, parasols en zonaanbiddende mensen. In die vroege begintijd was de mens er eenvoudigweg nog niet. Evenmin was hij in de buurt toen de volgende aardlaag werd afgezet. Dat gebeurde circa één miljoen jaar geleden, na een relatief warme, maar onrustige tussenperiode in de ijstijden, het Eemien. In deze periode zetten de rivieren Rijn en Maas op het oudere strandzand vooral veel grind af. Door de wind ontstond tevens de zogenaamde dekzandlaag. De grindlaag bevat botten en kiezen van het grootste landdier dat in de afgelopen miljoen jaar op ons continent heeft rondgelopen, de woudolifant. Niet voor niets staat er op de huidige Needse berg een ‘speelse’, houten replica van dit dier.
Het Needien
Bovenop de grindlaag ontstond een leemlaag, de zogenaamde Needse klei. Met veel geluk zouden we daarin de eerste en oudste botten of werktuigen van de mens kunnen vinden. De leemlaag werd hier tussen de 300.000 en de 250.000 jaar geleden tijdens een interglaciale periode door een vlechtende rivier neergelegd. De laag ontstond in een relatief warme periode en is heel bijzonder. Zo bijzonder zelfs dat Nederlandse geologen het tot ‘het Needien’ doopten. Later werd deze naam weer door de internationale term ‘Holsteinien’ verdrongen. Door de afgraving van de kleilaag ten behoeve van de steen- en pannenindustrie zijn veel sporen uit het verleden blootgelegd. De vondsten van haaientanden, wervels van walvissen en een kies van een woudolifant zijn voor wetenschappers de puzzelstukjes waarmee zij de onbeschreven geschiedenis van Neede in beeld kunnen brengen.
Bron: Zee- en landleven in de Needse berg, Adriaan Buter 1994 HKN 113-015
Archeologische Routes in Nederland, deel 39 ISSN 0928-1444
Neede-Borculo, fietsen langs hoven, hoeven en havezathen in de Achterhoek
ISBN 90 76046 28
Geologie van de Needse berg. Archief J. Krooshof, in bezit HKN.
© Tekst Rob Weeber – Vanatoto.com